Artikel

Hans Schnitzler over zijn essay voor de Maand van de Geschiedenis

‘Als je wilt begrijpen wie we nu zijn, moet je je afvragen hoe we zo geworden zijn’

In 2024 schrijft Hans Schnitzler, filosoof, schrijver en columnist, het essay voor de Maand van de Geschiedenis, aansluitend bij het thema Echt nep. Schnitzler stelt hierin vragen over de historische relatie tussen mens en machine en hoe die twee zich tot elkaar verhouden in tijden van kunstmatige intelligentie en deepfakes.


Alle rechten voorbehouden

Wat wil je onderzoeken in het essay De mens, de machine & de therapeut? 

‘Ik ga op zoek naar een antwoord op de vraag wat het betekent wanneer mens en machine steeds meer samensmelten. Langzaamaan worden we een soort cyborgs en ik werp de vraag op wat er overblijft van de mens als je telkens meer uitbesteedt aan machines. Wat betekent dat voor je menszijn, wat is dat dan nog? Ik schets hierbij een context en plaats deze vraag in een historisch perspectief. Want als je wilt begrijpen wie we nu zijn, moet je je ook afvragen hoe we zo geworden zijn. Welke lijn zie je in de geschiedenis van de relatie tussen de mens en technologie?’ 

Welke lessen uit het verleden spelen een rol in dit onderzoek? 

‘Een van de belangrijkste punten is dat mens en technologie twee kanten van dezelfde medaille zijn. We geven onze menselijkheid vorm door middel van technologie. En juist omdat technologie zo’n onderdeel is van de menselijke conditie, is dit niet neutraal: het kan ook in dienst gesteld worden van machtsideologieën. We moeten daarom alert zijn op de manier waarop we technologie toepassen en de waarden die we ermee materialiseren.’ 

‘Interessant om te zien is dat de mens zichzelf aan technologie spiegelt. Zo zijn er tegenwoordig stromingen die de mens beschouwen als informatieverwerkende machine, een wandelende bundel data – als de apparaten waarmee we ons dagelijks omringen. In de zeventiende eeuw kwam de idee op van de mens als een verfijnd mechaniek, te vergelijken met een “kunstig en ingenieus raderwerk”, zoals de Franse Verlichtingsfilosoof La Mettrie het beschreef, als de klokken en automaten van die periode. En de oude Grieken spiegelden hun humorenleer, waarbij ze de gemoedstoestand van de mens in termen van lichaamssappen begrepen, aan de hydraulische waterwerken, belangrijke technologie in die tijd.’ 

Welke rol spelen feit en fictie hierin? 

‘De vraag wat echt is en wat nep is een oervraag uit de filosofie. In zijn grotallegorie houdt Plato zich hiermee al bezig. Wat is de werkelijkheid precies en hoe verhouden wij ons daartoe als mens? Ideeën over een originele wereld en kopieën daarvan lopen als een rode draad door de geschiedenis van de filosofie. Technologie speelt in op dat onderscheid tussen echt en nep en speelt een steeds belangrijkere rol hierin.’ 

Wie is de therapeut uit de titel van je essay? 

‘Technologie zou ons niet alleen helpen om ons fysiek staande te houden in de werkelijkheid, maar ook mentaal. We kunnen bijvoorbeeld veel sneller communiceren en bovendien zou het wereldwijde web voor veel meer verbinding en begrip voor elkaar zorgen, omdat we met iedereen makkelijk in contact kunnen komen. We dichten technologie ook een therapeutische kwaliteit toe en wenden ons ertoe voor antwoorden op levensvragen. Maar wat voor therapeut is technologie precies? Dat wil ik onderzoeken.’

 

 

 

Het essay De mens, de machine & de therapeut is een uitgave van Bot uitgevers en is de hele maand oktober te koop in de betere boekhandel zo lang de voorraad strekt.

Onder voorbehoud van beschikbaarheid is het mogelijk om Hans Schnitzler te boeken voor een optreden in de Maand van de Geschiedenis. Neem hiervoor contact op met sprekers@botuitgevers.nl