Artikel

Wetenschap voor het publiek

Hoe de erfenis van een verlicht koopman de wetenschap in Nederland bevorderde

Als kind van zijn tijd had de succesvolle Haarlemse zijdekoopman Pieter Teyler van der Hulst grote interesse in de ideeën van de Verlichting. Deze interesse kwam het beste tot uiting in zijn liefde voor wetenschap en kunst. Het fortuin dat Teyler over zijn gehele leven bij elkaar verdiende verkreeg hij niet alleen vanuit de textielhandel. Teyler was naast textielmagnaat namelijk ook actief op de beurs. Met het geld dat hij verdiende wist Teyler een grote collectie aan kunst, wetenschappelijke voorwerpen, fossielen en andere bijzonderheden te verzamelen.

We weten dat Teyler in 1726 trouwde en dat uit dit huwelijk geen kinderen voortkwamen, maar verder is er vrij weinig bekend over het privéleven van de rijke Haarlemse handelaar. Zijn visie op en ideeën over de bevordering van de wetenschap en kunst zijn echter wel duidelijk bijgehouden. Hoe bevorderde zijn erfenis de wetenschap in Nederland?

Testament
Toen Teylers vrouw overleed, besloot hij om een testament op te laten stellen. Dit bevatte de wens om na zijn overlijden het kapitaal dat hij had vergaard ten doel te stellen voor de bevordering van de wetenschap en de kunsten waarvan hij hield. Toen Teyler zelf stierf in 1778 werd met het geld een stichting opgericht ter bevordering hiervan. De stichting besloot om een deel van Teylers eigen collectie van de hand te doen, omdat hierin weinig belang werd gezien. Toch werd de wens van Teyler gehonoreerd en werd in 1779 de opdracht gegeven tot het ontwerpen van de 'ovale zaal'. De bouw werd in 1784 voltooid, waarmee het eerste publieke museum van Nederland opende: Teylers Museum.

De ovale zaal in Teylers Museum.

'De doelstelling van de stichting was het opdoen en het vergaren van kennis over de wereld, maar ook het verspreiden van deze kennis', stelt Fieke Kroon, educatiemedewerker van Teylers Museum. Bezoekers konden deze kennis vergaren door zelfstandig de collectie te onderzoeken. Dit kon zowel de wetenschappelijke collectie zijn als de kunstcollectie. Kroon legt uit dat deze twee collecties in die tijd niet los gezien konden worden van elkaar: dit waren de middelen die samen maakten dat men de wereld beter leerde begrijpen.

In tegenstelling tot de rariteitenkabinetten en verzamelingen van andere instanties in die tijd was Teylers Museum vernieuwend. Het was een openbaar museum waar iedereen die geïnteresseerd was zich kon verdiepen in de wonderlijke wereld van wetenschap en kunst.

Lorentz
Ook beschikte het museum over een eigen laboratorium waar onderzoek werd gedaan naar de natuurkunde. De resultaten van deze onderzoeken werden vervolgens tentoongesteld in het museum. Het laboratorium was zelfs voor een langere tijd de thuisbasis voor een van Nederlands belangrijkste natuurkundige wetenschappers, Hendrik Lorentz.

Rond 1950 waren de gelden van Teylers Stichting uitgeput en werd het laboratorium gesloten. Kroon legt uit dat dit niet alleen te maken had met het gebrek aan financiële middelen, maar ook met de opkomst van universitaire laboratoria die deze onderzoekstaken overnamen. Het museum als instelling voor de bevordering van de wetenschap kreeg hierdoor dus te maken met een koersverandering.

De stichting verloor haar eigen onderzoekslaboratorium, maar niet de affiniteit met de wetenschap. Hoe pakte de stichting hierna haar belangrijke rol op als katalysator van de bevordering van wetenschap? 'Teylers Stichting heeft een leerstoel bij de universiteit van Leiden waar twee hoogleraren zich richten op wetenschapsgeschiedenis. Hiermee bevordert de stichting dus nog steeds het onderzoek naar de geschiedenis van de wetenschap’, aldus Kroon.

Prijsvraag
Ook vallen er onder Teylers Stichting twee genootschappen: Het Godsdienstig Genootschap en het Tweede Genootschap. Deze genootschappen schrijven ieder jaar een wetenschappelijke prijsvraag uit. Het Godsdienstig Genootschap richt zich hierbij op religie en het Tweede Genootschap op wetenschap, geschiedenis, kunst en letteren. 

Het museum heeft ondanks het verlies van het laboratorium ook een taak in het bevorderen van de wetenschap. Publieksgeschiedenis speelt hierbij een belangrijke rol. Kroon vertelt dat het museum als doelstelling heeft via lezingen en tentoonstellingen uitleg te geven over bepaalde aspecten van de wetenschap.

Tot slot draagt de stichting bij aan de bevordering van wetenschap door het educatieprogramma aan kinderen van vier tot achttien jaar. 'Het doel hiervan is om kinderen te enthousiasmeren voor, nieuwsgierig te maken naar en ze zich te laten verwonderen over de wetenschap'. 

De manier van het bevorderen van de wetenschap en kunsten door Teylers Stichting en Teylers museum mag dan in de afgelopen tweehonderdveertig jaar flink zijn veranderd, de wens die Pieter Teyler in zijn testament achterliet is dat zeker niet. Het museum is zoals Kroon zegt 'veranderd, maar ook nog steeds hetzelfde.'

Door Daan König, Masterstudent Educatie in de Mens- en Maatschappijwetenschappen aan de Radboud Universiteit.
Met dank aan Fieke Kroon en Teylers Museum.