Artikel

Een gouden ontdekking

Het zwarte randje van de Gouden Koets

Wie houdt van grote ontdekkingen hoeft niet heel ver af te dalen in het verleden. Eureka’s loop je ook vandaag de dag nog tegen het lijf. In 2021 deden wetenschappers een vrij saillante ontdekking: het goud van de Gouden Koets blijkt afkomstig uit Suriname. Lange tijd heette het een mysterie waar de opvallende versiering van de voormalige staatsiewagen vandaan kwam.

Afgelopen jaren is de koets flink ter discussie komen te staan vanwege de twee zijpanelen waarop zwarte slaafgemaakten knielen voor de Nederlandse maagd: het symbool van de natie. Deze ontdekking draagt bij aan die controverse, denkt curator van het Amsterdams Museums Annemarie de Wildt, die betrokken was bij het onderzoek. 'De koets is meer en meer een koloniaal object geworden'.

Bronnen die iets over het bladgoud en de fabricatie van het gouden rijtuig vertellen, zijn in de loop der tijd vergaan. De herkomst van het edelmetaal bleef op die manier lang in nevelen gehuld - totdat een onderzoeksteam van de Vrije Universiteit in Amsterdam onder leiding van Gareth Davies zich op de zaak stortte.

Koningin Wilhelmina kreeg de koets in 1898 cadeau ter gelegenheid van haar inhuldiging als koningin der Nederlanden. Belangrijk uitgangspunt bij de vervaardiging van de koets was dat die een afspiegeling moest zijn van het gehele koninkrijk, dus ook van de koloniën. De firma Spyker, die opdracht kreeg de koets te maken, deed dat onder andere door Javaans teakhout, Brabants leer, ivoor uit Sumatra en vlas uit Zeeland te gebruiken.

Hoe het bedrijf deze stoffen wint, is onduidelijk doordat schriftelijke bronnen ontbreken. 'We weten waar ze vandaan komen, maar niet hoe ze hier gekomen zijn. Zo weten we bijvoorbeeld niet of ervoor is betaald', zegt De Wildt.

Raadsel
De herkomst van het goud is een heel ander verhaal. 'Daarover wisten we tot voor kort vrijwel niets met zekerheid te zeggen', stelt de Amsterdamse curator. 'Bij het hout en het vlas wisten we tenminste nog waar het vandaan kwam'. Uit Surinaamse hoek werd zo nu en dan weleens beweerd dat het goud uit Suriname kwam, bevestigt De Wildt. 'Het lastige was alleen dat hard bewijs daarvoor ontbrak.'

Tot telleurstelling van De Wildt bracht ook de vijf jaar durende restauratie van de berline geen nieuws. Op initiatief van de curator werd een onderzoek ingesteld naar de herkomst van het goud. Een onderzoeksteam onder leiding van Gareth Davies, als petroloog gespecialiseerd in gesteenten, moest de klus klaren.

Kanshebbers
De onderzoeksgroep hield rekening met twee kanshebbers: Suriname en Zuid-Afrika. Hier werd eind negentiende eeuw goud gedolven. Zuid-Afrika maakte in die tijd weliswaar geen deel uit van het Koninkrijk der Nederlanden, toch waren de banden met dat land nauw.

Om de vraag naar het goud te beantwoorden, passen de onderzoekers een ingewikkelde methode toe waarbij goudmonsters van de koets worden vergeleken met goudmonsters uit Suriname en Zuid-Afrika. Het Naturalis Biodiversity Centre in Leiden levert de monsters aan.

Het vergelijken van het goud is een moeilijk en lang proces, stelt De Wildt.  Eerst moet het edelmetaal worden gezuiverd van de vele looddeeltjes voordat het vergeleken kan worden met de Surinaamse en Zuid-Afrikaanse monsters. Dit proces alleen al neemt in zijn geheel vier maanden in beslag. Hierna pas kan het gezuiverde goud worden vergeleken met de goudmonsters uit Suriname en Zuid-Afrika.

Bij zo’n vergelijkend onderzoek wordt gelet op het verschil van de zogenoemde loodisotopen. Zo'n loodisotoop is per regio anders opgebouwd. Dit betekent dat in elk stukje goud een soort handtekening van de regio te vinden is.

Uit het onderzoek blijkt de handtekening van het goud van de koets geheel overeen te komen met dat van het aangeleverde goudmonster uit Suriname. Omdat dit monster uit het gebied Brokopondo komt, stellen de wetenschappers dat het goud van de koets hier gedolven moet zijn. Een heel specifieke locatie kunnen de experts niet aanwijzen; hiervoor zijn nog veel meer goudmonsters nodig.

Het goud komt dus uit Suriname. In 1876 werd in het gebied goud gevonden en vrij kort daarna werd een grootschalige goudwinning op touw gezet. De winning was van zo’n omvang dat er zelfs een spoorlijn voor werd aangelegd.

Vragen
Zijn met de ontdekking alle mysteries rond de koets opgelost? Nee, stelt De Wildt. 'Er blijven nog zoveel vragen over. Is het goud gestolen? Is ervoor betaald? Welk bedrijf heeft het gedolven?' De conservator sluit toekomstige eurekamomenten dan ook niet uit. 'Wie weet worden er ooit ergens bronnen gevonden die het raadsel van de koets verder kunnen ontrafelen.'

Door Arij Heijboer, masterstudent Geschiedenis & Actualiteit aan de Radboud Universiteit en politiek redacteur.

Afbeelding: de Gouden Koets op Prinsjesdag 2011 (Rijksoverheid).