Cineast George Robert Sluizer. Nationaal Archief / Fotocollectie Rijksvoorlichtingsdienst
Shell Film Unit
Dat Sluizer als beginnende maker een documentaire met zulke productiekwaliteiten kon draaien, dankte hij aan de producent: de Shell Film Unit, waar Bert Haanstra hem had aanbevolen. De filmproductietak van oliebedrijf Shell was in 1934 het leven geroepen en werd onder leiding van de Britse documentairemaker John Grierson een invloedrijke producent van wereldwijd gedistribueerde documentaires – in het jaar dat Sluizers film uitkwam had Shell alleen al in Nederland 150 films in roulatie.
Vindingrijkheid
De Shell-films draaien niet om de eigen producten of bedrijfsvoering, maar propageren Shells imago als vooruitstrevende onderneming die zich betrokken voelt bij het welzijn van de wereldbevolking. Ze illustreren hoe mensen uiteenlopende uitdagingen – bijvoorbeeld op het vlak van voedselproductie, volksgezondheid, transport, veiligheid en zelfs klimaatverandering – het hoofd bieden dankzij technische vindingrijkheid en de vereende krachten van overheid en bedrijfsleven. Ook in De lage landen overheerst techno-optimisme: de film eindigt met een vooruitblik naar een nooit gerealiseerd plan voor een zeewering langs de noordelijke waddenkust.
Prijzen
De lage landen werd in juni 1961 vertoond tijdens de vierde editie van de Filmweek Arnhem, die afsloot met de uitreiking van de Staatsprijs voor de Filmkunst – de P.C. Hooftprijs voor cineasten – aan George Sluizer. Enkele weken later was de film op de elfde Berlinale goed voor een speciale juryprijs en de prijs voor beste korte film van de jeugdjury.
Deze documentaire is te zien via de Eye Film Player