Artikel

De Hanze: een machtig ondernemersverbond

Door: Lodewijk Petram/Historisch Nieuwsblad

Nederlandse steden sloten zich in de Middeleeuwen aan bij de Hanze, een machtig ondernemersverbond. Dankzij dit netwerk konden hun kooplui makkelijk en goedkoop zakendoen in heel Noord-Europa.

Vliegtuigmaatschappij Lufthansa, de Hanzelijn tussen Zwolle en Lelystad en de Hanzehogeschool Groningen hebben iets gemeen: ze zijn allemaal vernoemd naar de Hanze, het beroemde middeleeuwse handelsverbond. Bij Lufthansa is de naamgeving te verklaren: deze maatschappij is ontstaan uit een samenwerking tussen een aantal Duitse steden, waaronder enkele voormalige Hanzesteden. Bovendien verbinden haar vliegroutes steden met elkaar en bevorderen zo de handel.

Voor de Hanzelijn geldt hetzelfde: deze spoorweg zorgt voor betere bereikbaarheid van de voormalige Hanzesteden Zwolle en Kampen. Maar bij de Hanzehogeschool is de verwantschap met haar naamgever minder evident. En opmerkelijk genoeg doet de hogeschool nauwelijks moeite uit te leggen waarom ze zo heet. Je moet goed zoeken op de website om iets te vinden over het handelsverbond en het lidmaatschap van de stad Groningen daarvan. En daarmee is de hogeschool niet uniek. Het is puur vanwege de associatie met samenwerking dat ‘Hanze’ vaak wordt gebruikt in de naamgeving van bedrijven, scholen en producten. Wat het Hanzeverbond precies inhield, en of er een duidelijke verwantschap is, lijkt hierbij nauwelijks van belang.
 
Nu is de Hanze ook een lastig te omschrijven begrip. Het was een middeleeuws handelsverbond, of preciezer: een belangengemeenschap. Kooplieden uit een kleine tweehonderd steden, verspreid over een gebied dat zich op de moderne landkaart uitstrekt van de Baltische staten in het oosten, via het kustgebied van Polen en de noordelijke helft van Duitsland, tot Nederland in het westen, probeerden hun gemeenschappelijke belangen zo goed mogelijk te behartigen door nauw samen te werken.

Lees het hele artikel op de website van Historisch Nieuwsblad.

Afbeelding: Aangezicht op Deventer, ca. 1550.